De droom van de serie van één

door Martin Liebregts

Een praktijkverslag van een renovatie met de bewonerskeuze centraal: Flores Montal in Vlaardingen

De grootschalige naoorlogse wijken met hun grote uniformiteit hebben laten zien dat de behoefte aan differentiatie en ruimte voor eigen identiteit groot is bij de bewoner. Aan meer van hetzelfde is niet direct behoefte in de markt. De roep om differentiatie is in het huidige tijdsgewricht groot en vertaalt zich nog te vaak in beeldvariatie en te weinig in ruimtedifferentiatie met een eigen uitstraling. Dit boek ‘de droom van de serie van één’ is vooral een verslag van het renovatieproject ‘Flores Montal’, dat laat zien hoe alledaagse woonbehoeften vorm krijgen en tegelijkertijd ook hun begrenzingen kennen. Eigenlijk is het een plaatjesboek, omdat de beelden vertellen hoe er gewoond werd en hoe er nu, ruim vijftig jaar later, gewoond kan worden.

Het boek verschijnt eind mei 2013

BouwhulpGroep Boek Flores Montal Vlaardingen Serie van één

EERSTE ACTIVE HOUSE RENOVATIEPROJECT IN NEDERLAND

Door Sandra Arts

In Montfoort is het renovatieproject Active House gerealiseerd. De tien woningen vormden de pilot voor dit experiment in de sociale huursector.Voor de ontwikkeling van de plannen is een team gevormd van GroenWest, Velux Nederland BV, Danfoss en BouwhulpGroep BV.

http://www.velux.nl/professionals/architecten/duurzaamheid/duurzameprojecten/de_poorters

http://www.bouwhulp.nl/techniek/montfoort_poorterstraat.php

EEN NIEUW ‘WARM’ UITERLIJK

Door Sandra Arts

voor renovatie

Situatie
De wijk Bloemstede in Maarssen bestaat uit een stempelverkaveling met allemaal vrijwel identieke woningen gebouwd in de periode 1973-1975. De stempels zijn gegroepeerd in zogenaamde clusters/eenheden. Binnen een cluster is een centraal parkeerplein waar omheen de woningen gerangschikt zijn.
Zowel qua uitstraling als ontwerp zijn deze woningen typerend voor de eengezinswoningen in Nederland uit deze tijd. Ze hebben een smalle beukmaat en de berging is gelegen aan de voorkant van de woning. De gevels bestaan uit betonsteen en gewassen betonnen borstweringselementen.
Woningcorporatie Portaal bezit circa 360 woningen in deze wijk. 151 kleine eengezinswoningen in een complex met het woningtype dat gerenoveerd is, 84 grote eengezinswoningen in een complex waarvan de woningen bij mutatie verkocht worden, 125 meergezinswoningen, waarvan circa de helft bij mutatie verkocht wordt. Twee blokken, bestaande uit 20 woningen, vormden de pilot voor de renovatie, waarbij voornamelijk de schil geïsoleerd werd.
Door de bestaande gevelconstructie te handhaven en aan de buitenzijde te isoleren, hebben de woningen een compleet nieuwe en frisse uitstraling gekregen. Lees verder

VOETAFDRUKKEN VAN DE SAMENLEVING

door: Martin Liebregts

Een serie over stedenbouw en woonomgeving -1-

Op zoek naar sporen

Sinds de Romantiek in de negentiende eeuw leeft de utopie van de maakbaarheid van de samenleving, met het oog op de toekomst van de stad en de woonomgeving. Dat houdt in, dat fysieke structuren bedacht worden voor het functioneren van een samenleving voor de korte en lange termijn. De structuur wordt voor meer dan honderd jaar in essentie vastgelegd. In de loop van de tijd blijken de verwachtingen niet altijd uit te komen. Correcties op onderdelen zijn dan nodig en grootschalige veranderingen zijn vaak moeilijk te realiseren.
Het feit dat er nu sprake is van herstructurering, komt onder meer voort uit het bestaan van grootschalig, collectief, sociaal bezit. In de toekomst zal dit niet meer zo zijn en zullen de ingrepen naar verwachting een ander en fijnmaziger karakter krijgen.

bouwhulpgroep situatiekaart molenberg Heerlen

Lees verder

Ontwerpen met het penseel

door Dagmar Ebbeling

Tegenwoordig is er bij een renovatie- of groot-onderhoudsplan,  naast het aanpakken van technisch noodzakelijke mankementen, vaak wat minder ruimte in het budget voor het verbeteren van de uitstraling. Het is daarom belangrijk om de uitstraling te verbeteren met minimale extra inzet van middelen.

Het is duidelijk dat wanneer het voegwerk technisch niet meer voldoet, dit vervangen moet worden. Door goed naar de gevel te kijken kan misschien met een andere kleur voegwerk dan bestaand of door bijvoorbeeld het voegwerk wat meer terug te leggen als bestaand een geheel nieuw gevelbeeld ontstaan. Wordt daarnaast ook de gevel gereinigd dan lijken de woningen weer als nieuw. Hetzelfde geldt voor het vervangen van het dak. Dit biedt ruimte aan het uitkiezen van een andere pan of kleur pan dan bestaand, die de woning een andere uitstraling kan geven.

Het gaat om het bekijken van de technische te nemen maatregelen in het gevelbeeld. Door eventueel kleine maatregelen toe te voegen of net iets meer uit te geven aan een andere kwaliteit dan bestaand, -bijvoorbeeld het vervangen van pvc hemelwaterafvoeren door zinken hemelwaterafvoeren, of betonpannen door keramische pannen met een andere kleur-, kan een wat sobere uitstraling opgefrist worden voor een termijn van zeker 25 jaar.Blaarthem bestaande - nieuwe situatie

Ook wanneer het slechts een korte instandhoudingsbeurt voor 15 jaar betreft zijn er nog steeds mogelijkheden voor het verbeteren van het straatbeeld. Zelfs wanneer alleen een schilderbeurt wordt uitgevoerd, of een klein onderhoud waarmee het project nog een beperkt aantal jaar in stand wordt gehouden, liggen mogelijkheden om de gehele uitstraling te verbeteren. De woningen hebben dan toch een goede schilderbeurt nodig, wat ruimte geeft aan het wijzigen van kleuren. Zelfs wanneer de kozijnen van aluminium zijn is het mogelijk de kleurstelling zo aan te passen dat ingrepen uit het verleden verzacht kunnen worden.

Door het veranderen van een aantal kleine onderdelen van het gevelbeeld kan een heel nieuw en fris straatbeeld ontstaan. En dan is het echt niet altijd noodzakelijk dat er veel extra maatregelen worden getroffen. Juist door gebruik te maken van de technisch noodzakelijke maatregelen, of nu voor 15, 30 of 45 jaar onderhoud gepleegd wordt, kan de uitstraling van een hele straat veranderen en daarmee ontstaat ruimte voor verbetering. Het is alleen de kunst om deze ook te benutten.Tivoli bestaande situatie en proefwoning met aangepaste kozijnkleur dakkapel

NIEUWE PATRONEN ONTDEKKEN EN INZETTEN

serie over nieuwe plattegronden -9-

Door: Martin Liebregts en Sandra Arts

Het begon allemaal met de zoektocht naar nieuwe plattegronden en gebouwtypen, die bij (her)ontwikkeling gebruikt kunnen worden. Hiervoor is een breed scala aan bewoningswijzen bekeken, variërend van groepswonen, eenkamerwoning, tweekamerwoning, driekamerwoning tot de ‘traditionele’ gezinsbewoning (vier- à vijfkamerwoning). Verder zijn de maatstructuur en het ontsluitingsprincipe in de beschouwing meegenomen. En nu, zoveel verhalen en analyses verder, is het interessant welke patronen zichtbaar zijn in de praktijk en welke een herhaling verdienen.

Lees verder

RUIMTELIJKE VRIJHEID DOOR EEN VASTE STRUCTUUR

serie over nieuwe plattegronden -8-

Door Martin Liebregts en Sandra Arts

Bij de ontwikkeling van een locatie, wijk of blok is men vaak terughoudend om te denken in een bouwstructuur, omdat het de creativiteit zou ondermijnen. Als ik daar geluiden hoor denk ik aan de ‘oude’ steden, die volgens een gridpatroon zijn opgebouwd (1). Er is geen mens te vinden die zal beweren dat de ruimtelijke kwaliteit en diversiteit binnen het grid geen kans krijgt. Juist de ogenschijnlijke strenge afspraken over de hoofdstructuur laat in de praktijk een grote verscheidenheid aan invullingen zien en zorgen ervoor dat elk samenstellend onderdeel zijn eigenheid kan krijgen. Dus vaste structuur en ruimtelijke vrijheid met eigen identiteit zijn niet per definitie strijdig.

Lees verder

DE MAAT DER DINGEN EN HET VERBAND TUSSEN GEBOUW, ONTSLUITING EN WONINGTYPE

serie over nieuwe plattegronden – 7 –

Door Martin Liebregts en Sandra Arts

De locatie, de mogelijkheden en de wensen

Bij elke invulling van een locatie, waarbij de stedenbouwkundige massa de leidraad vormt als bindend element tussen stad en gebouw, is het een zoektocht om de ruimte te ontdekken voor een gedifferentieerd woonprogramma. Juist de compactheid zorgt ervoor dat er in de praktijk sprake is van een ingewikkelde programmatische puzzel. Bij grondgebonden rijtjeswoningen is het daarentegen eenvoudig. De keuze ligt bij eengezinswoningen tussen vaststelling van de breedte met de bijbehorende diepte. Zo kun je dan eenvoudig rijtjeswoningen schakelen. De moeilijkheid ontstaat dus bij stedelijke bouwblokken. Of je die nu nieuw ontwikkelt of herontwikkelt. Op dat moment heb je te maken met het samenspel van het te realiseren woonprogramma – variërend van groepswonen tot appartementen -, de gewenste flexibiliteit erin en de keuze voor de bouwstructuur. Een structuur die bestaat uit ontsluitingsprincipes, beukmaat en de beschikbare ruimte, uitgedrukt in lengte, breedte en hoogte van de massa.

Lees verder

DE MATEN VAN HET WONEN, EEN LANGE TRADITIE

serie over nieuwe plattegronden – 6 –

Door Martin Liebregts en Sandra Arts

De afgelopen vijftig jaar is er in wezen weinig veranderd in het aanbod over het wonen. Zelfs de toename van de woninggrootte is beperkt. Door de flexibiliteit van de woningen in de periode van 1950-1970 is de woonruimte automatisch vergroot met de aangrenzende slaapkamer, die gescheiden was van de woonkamer door een glazen wand of kastwand, zoals o.a. gestapelde woningen en de eengezinswoningen met voor- en achterkamer.

In dit artikel, in de serie over nieuwe plattegronden, staat de eengezinswoning centraal. In wezen gaat het om de geringe wijziging van de afgelopen vijftig jaar als het gaat om de oppervlakte voor de afzonderlijke activiteiten. Woonkamer en keuken zijn in huidige plattegronden samengevoegd. De douche is wat ruimer geworden en de ruimte in de kap wordt bijna altijd benut. Maar de absolute grootte van de woonverdieping beweegt zich rond hetzelfde gemiddelde: een bruto oppervlak voor de begane grond van 50 m² ( in het verleden ruim 6 m¹ breed bij ruim 8 m¹ diep en nu 5,4 m¹ bij circa 9,5 m¹). Maar als de oppervlakte bescheiden groeit, wat is er dan met het aanbod gebeurd? Om deze vraag te beantwoorden, kijken we naar de nieuwbouw anno 2012 (1).

Lees verder

AANTEKENINGEN: LIJNENSPEL, DETAIL EN BEELDKWALITEIT

Auteur: Martin Liebregts

Een serie over de beeldkwaliteit (6)

Woningen, waar mensen kunnen genieten
Als je betrokken bent bij de renovatie van woningen of de aanpassing van bestaande wijken of buurten, dan doe je dat naar mijn opvatting omdat je wilt dat de bewoners ervan kunnen genieten, nu en in de toekomst. Dat moet toch de stelregel zijn. Deze gedachte kwam bij me op naar aanleiding van een interview met Paul Smith, waar hij stelde “Ik maak geen mode, maar kleren waar veel mensen van kunnen genieten, van jong tot oud, van studenten tot rijke zakenmensen” (1). De basis van zijn benadering is te typeren als “letten op de kwaliteit, het begrijpen van de snit en de proportie, naar de toekomst kijken”.
Het gaat dus om de vorm (de wijze waarop een kledingstuk gesneden is) en de verhoudingen die erbij horen. In al zijn ongekunsteldheid, wordt hiermee ook de opgave bij de kwaliteitsaanpassing van de woningvoorraad getypeerd. Oog voor de toekomst, weg met de waan van de dag, gericht op kwaliteit, op de gebruiker en het moet goed in zijn verhoudingen zitten. Als je het zo bekijkt, maakt het bijna niet uit welk ontwerpvak je uitoefent, er gelden dezelfde regels. In die zin is het aardig hoe de beeldkwaliteit bij de aanpak van bestaande woningen beschouwd wordt (2). In dit kader wordt het lijnenspel en het detail aangestipt.

Lees verder